Afgelopen week heeft in de Amerikaanse staat Pennsylvania, zo’n 150 kilometer ten westen van New York, een enorme kettingbotsing plaatsgevonden. Bij het ongeval waren zo’n 60 voertuigen betrokken. Het was een enorme ravage met brandende auto’s, slippende vrachtwagens en mensen die uit hun voertuigen sprongen om de klap te ontwijken. De kettingbotsing werd veroorzaakt door hevige sneeuwval, waarvoor de nationale weerdienst een waarschuwing had afgegeven. Er zijn maar liefst twintig gewonden gevallen en drie bestuurders zijn aan hun verwondingen overleden.
In Nederland komen ongevallen van deze omvang zelden voor. Het meest vergelijkbare ongeval dateert inmiddels uit 1997, waarbij op de A9 zo’n 100 auto’s op elkaar botsten door dichte mist. Hierbij kwamen drie mensen om het leven en raakten er tientallen gewond. Een interessant vraagstuk voor de kettingbotsing is de aansprakelijkheid. Is de eerste auto die op de rem gaat aansprakelijk, omdat alle andere weggebruikers vervolgens niet anders kunnen dan zelf te remmen? Of is de achterop rijdende bestuurder altijd aansprakelijk, zoals bij reguliere ongevallen ook meestal het geval is?
Een kettingbotsing is een typisch voorbeeld van een kop-staartbotsing. De aansprakelijkheidsvraag is bij een kettingbotsing echter niet eenduidig te beantwoorden. Hier volgt een aantal voorbeelden van oorzaken van een kettingbotsing, waarbij de aansprakelijkheid per geval wordt beoordeeld.
De voorste bestuurder maakt een verkeersfout en wisselt van rijbaan zonder knipperlicht aan te geven. De andere bestuurders maken geen fouten, maar kunnen door de plotselinge wissel van de voorste bestuurder een ongeval niet voorkomen.
In dit geval is de voorste bestuurder op basis van artikel 6:162 BW aansprakelijk voor de schade van alle andere bestuurders. Hij schendt een verkeersnorm, waardoor de andere weggebruikers schade lijden. De schendig van deze verkeersnorm is hem toe te rekenen, hetgeen de onrechtmatige daad oplevert. Het gevolg van deze onrechtmatige daad is dat de bestuurder die deze fout maakt wettelijk verplicht is de schade aan de andere bestuurders en voertuigen te vergoeden.
De voorste bestuurder maakt een verkeersfout en wisselt van rijbaan zonder knipperlicht aan te geven. Enkele bestuurders achter hem hebben haast en houden te weinig afstand. Een ongeval is niet te vermijden en meerdere bestuurders raken hierbij betrokken.
In dit voorbeeld kan er veel discussie ontstaan over wie aansprakelijk is voor de schade. Gelukkig hebben verzekeraars hier iets op verzonnen en afspraken gemaakt over de afhandeling van de schade in een vergelijkbare situatie. Deze afspraken zijn opgenomen in de Overeenkomst Vereenvoudigde Schaderegeling. Het doel van de overeenkomst is om de schade in het verkeer tussen de aangesloten verzekeraars effectief en efficiënt af te handelen. Deze overeenkomst bepaalt, dat bij een kettingbotsing de verzekering van de achteroprijdende bestuurder de schade dekt van het voertuig voor hem.
Ook voor inzittenden, niet zijnde de bestuurder van het betrokken voertuig, zijn er tussen verzekeraars afspraken gemaakt om schade sneller te kunnen afhandelen. Deze afspraken zijn opgenomen in Bedrijfsregeling Schuldloze Derde. Hierdoor kunnen inzittenden met hun schade altijd terecht bij de verzekering van het voertuig, waarin zij zich ten tijde van het ongeval bevonden. Met de Bedrijfsregeling Schuldloze Derde willen verzekeraars voorkomen dat schades niet worden afgehandeld door eindeloze discussies over aansprakelijkheid.
Er ontstaat een file wegens wegwerkzaamheden. De bestuurders staan in de file te wachten, terwijl er een weggebruiker op de linkerbaan met enorme snelheid achterop zijn voorligger knalt. De voorligger wordt met zodanige kracht vooruit geduwd, dat hij op het voertuig voor hem botst.
Het spreekt misschien al voor zich, maar in een situatie als deze is de bestuurder die achterop knalt aansprakelijk voor de schade van het voertuig voor hem. Tevens is deze bestuurder aansprakelijk voor de schade aan de andere voertuigen, die bij de kettingbotsing betrokken raken. Deze situatie is vergelijkbaar met het eerste voorbeeld, waarbij er een verkeersnorm wordt overschreden door een individuele bestuurder. Op basis van de onrechtmatige daad is deze bestuurder aansprakelijk voor de schade aan alle andere voertuigen, die schade lijden door het schenden van de verkeersnorm. Er is immers sprake van het schenden van een wettelijke plicht, waardoor andere bestuurders schade lijden, hetgeen hem valt toe te rekenen. De achterste bestuurder voldoet zo aan alle vereisten van de onrechtmatige daad.
Er kunnen dus verschillende oorzaken zijn voor een kettingbotsing. In de meeste gevallen kunt u uw schade vergoed krijgen, maar het is afhankelijk van de toedracht op wie u deze schade kunt verhalen. Bent u bij een kettingbotsing betrokken geraakt en wilt u uw schade verhalen? Neem dan gerust contact met ons op voor een kosteloos en vrijblijvend gesprek. Wij kunnen u adviseren over uw mogelijkheden.